Herdenkingsmonument 2000 Collendoorn

Bij sloopwerkzaamheden aan de Vrolikstraat 128-3 eind 1997 in het ouderlijk huis van Flip Sier in Amsterdam, kwamen brieven tevoorschijn van de 19-jarige Flip Sier aan zijn ouders, geschreven vanuit werkkamp Molengoot in Collendoorn. Meer dan 150 Joodse jongens en mannen moesten er dwangarbeid verrichten voor de Duitse bezetters. Flip vergeleek het met een concentratiekamp en bleef ondanks alles optimistisch. Steevast beurde hij zijn ouders in brieven op met de woorden: “Kop op. Houd moed en Israël zal niet ten onder gaan.” Hij keerde echter niet terug naar Amsterdam. Op 9 april 1943 werd Flip Sier in Sobibor vergast. Naamgenoten en broers Dick en Salomon Slier, geen familie van Flip, hoorden van de brieven. Nadat eerder al Jannie Wiegman met de gemeente Hardenberg had gesproken, vormde ze samen met genoemde broers, met Anita Polak-Slier (achternicht van Flip), Jan Hofsink Sr en adviseur Hans Nieboer een werkgroep om te komen tot de oprichting van het monument. Men wilde graag als eerbetoon aan de Hardenberger joden een gedenkteken geplaatst zien op de plek waar het voormalige kamp heeft gestaan. Het gemeentebestuur van Hardenberg ondersteunde dat initiatief van harte. Er werd een speciale bankrekening geopend (die is er nu nog steeds), met rekeningnummer NL09 RABO 038.49.04.041, waarop particulieren en verenigingen een bijdrage kunnen storten t.b.v. een inmiddels opgerichte stichting. Met alom brede steun werd 35.000 gulden ingezameld en in mei 2000 begonnen scholieren van de leerlingwerkplaats Haco in Hardenberg met het metselen van de Davidsster. Intussen ging ontwerper en kunstenaar Kees Huigen uit Den Ham, die ook het Indiëmonument aan de Vecht heeft gemaakt, eveneens aan de slag. Op 3 oktober, precies 58 jaar later nadat het werkkamp werd opgeheven, onthulden diezelfde broers Slier en Anita Polak-Slier het monument. Het gedenkteken is een liggende stenen Davidsster. De zwerfkei die er op staat symboliseert het zwervend bestaan van het Joodse volk en de kei die met zijn volle gewicht op de Davidster leunt, is het fundament van het Joodse volk. Een gedenkteken ook aan zes miljoen slachtoffers van zinloos en berekenend geweld. Hardenberg had er met dit mooie monument een stuk gevoel en emotie bijgekregen waar ze gepast trots op kan zijn.  

This is the main content area

Cras justo odio, dapibus ac facilisis in, egestas eget quam. Fusce dapibus, tellus ac cursus commodo, tortor mauris condimentum nibh, ut fermentum massa justo sit amet risus.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque at odio lobortis, ultricies ipsum sed, laoreet erat. Vivamus sagittis justo eget pulvinar tristique. Cras consectetur a neque eu facilisis. Suspendisse mattis ornare porta. Etiam eget imperdiet metus. Donec auctor elit vel tristique ultricies. Mauris sed iaculis quam, eu tristique nulla.

Nulla vestibulum orci venenatis, porttitor purus at, consequat metus. Curabitur ipsum purus, venenatis a imperdiet eu, elementum id nisi. Sed aliquam, magna a dictum accumsan, neque libero blandit nunc, eu vestibulum ipsum lorem eget felis. Cras sagittis et lacus at convallis. Etiam congue accumsan posuere.

Cras justo odio, dapibus ac facilisis in, egestas eget quam. Fusce dapibus, tellus ac cursus commodo, tortor mauris condimentum nibh, ut fermentum massa justo sit amet risus.

Onthulling van monument

Destijds de Ichthusschool heeft het monument geadopteerd. Leerlingen van de Hardenbergse basisschool mochten bij de onthulling de kransen aanreiken. Twee leerlingen legden zelf ook een krans, net als onder meer vertegenwoordigers van de Stichting Indiëmonument, de wethouders Arie Pouwels en Regina Ramaker en een cultureel attaché van Israël. De leden Jannie Kuiper en Wim Meijer van de stichting onthulden een informatiebord, dat bij het monument staat. De Davidster symboliseert het fundament van het Joodse bestaan. De Joodse gebeden werden uitgesproken door de Chazan C. van Tijn. De zwerfsteen erop duidt op het zwervend bestaan van het Joodse Volk. Het bronzen reliëf om de steen vertelt hoe moeizaam de situatie in het kamp was, een situatie die met pijn en verdriet eindigde in de afgrond naar de vernietigingskampen.

Kees Huigen

Kees Huigen (1952) deed zijn studie aan de Kunstacademie Enschede in de richting ruimtelijke vormgeving. Naast zijn werk als kunstenaar werkt hij als docent beeldende vorming en is hij singer-songwriter. Hij werkt met materialen als hout, natuursteen en brons. Naast abstract werk in de vorm van geometrische vormen zoals spiralen en waaiers verbeeldt hij sociale betrokkenheid zoals 'Gemeenschap' in het gemeentehuis. In zijn werk probeert hij uitdrukking te geven aan zijn verwondering over ons bestaan. Hij verbeeldt onder andere sociale betrokkenheid en maakt deze tastbaar (en ook in zijn muziek hoorbaar) om de herinnering levend te houden aan hen, die weggenomen zijn door het oorlogsgeweld.

Originele barak uit werkkamp

In januari 2005 vond het bestuur een originele barak terug die na de afbraak van kamp Molengoot kwam bij een boer in Tiendeveen in Drenthe. Daar deed hij eerst dienst als kippenschuur en later als caravanstalling. De barak is destijds gebruikt in een documentaire van RTV Oost. Ook in Radewijk kwam een barak terecht die daar nog dienst gedaan heeft als Ned. Hervormde kerk. Het werkkamp is genoemd naar de Molengoot, een brede sloot die destijds vanaf een wind-watermolen tussen Lutten en Ane richting Collendoorn moest worden gegraven door de joodse mannen uit het werkkamp om zo via de tegenwoordige Klokkenbuil in de Marslanden via de Oelenveer in de Vecht uit te komen.